...

Krakelingen en Tonnekensbrand Geraardsbergen

krakelingenKrakelingen en Tonnekensbrand 22.2.2015 Geraardsbergen

Visjes en wijn. Joos Schollaert, leraar aan de Latijnse school, beschreef in 1599 in een Latijns gedicht Krakelingen en Tonnekensbrand en formuleerde daarbij de hypothese dat het feest zijn oorsprong zou kunnen vinden in een oude Romeinse vruchtbaarheidscultus. Deze verklaring past in haar tijd, de renaissance, maar is vandaag achterhaald. Wel blijft de figuur van Joos Schollaert belangrijk omdat hij het was die voor het eerst het ritueel beschreef waarbij de prominenten een beker wijn met een levend visje, een grondeling, drinken. Vandaag hebben de grondelingen plaats gemaakt voor blankvoorns, die eveneens tot de karperachtigen behoren. Het gaat hier telkens om exemplaren van 2 à 3 cm, die “in het dagelijks leven” als aas gebruikt worden.

Grondelingen en blankvoorns zijn kleine beek- en vijvervisjes die zich ’s winters in de zandbodem verstoppen. Als ze terug aan de oppervlakte komen, weet je dat de lente in het land is. Bovendien planten ze zich zeer snel en zeer talrijk voort: ze staan dus ook symbool voor overvloed.
Het ritueel met de visjes combineert een voorchristelijke natuurrite met een eind 16e-eeuwse realiteit: de zilveren beker. Elke nieuwe schepen liet bij zijn aanstelling een tabbaard (lang ceremoniekleed) en een zilveren beker of drinkschaal maken. Op het einde van zijn mandaat schonk hij de beker aan de stad. De beker die tot vandaag nog bij het ritueel gebruikt wordt, is het enige originele exemplaar dat in Geraardsbergen bewaard bleef. De andere werden verkocht omdat de stad na de godsdienstoorlogen (eind 16e eeuw) zwaar in de schulden zat.

De wijn, waarin het visje zwemt, is een feestdrank.
Dat de deken, de burgemeester, de schepenen en gemeenteraadsleden uit dezelfde beker drinken, staat symbool voor verbondenheid: een absolute voorwaarde om een gemeenschapsfeest als Krakelingen te laten slagen!

Louis & Anne-Marie De Cock-Vanden Herrewegen