...

Haaltert – Het einde van het Romeinse rijk

romeHaaltert – Het einde van het Romeinse rijk?

Daal af in de slangenpoel van de Haaltertse gemeenteraad, een complex spel van intriges, wisselende coalities en spelregels

Het wordt me stilaan te veel. Toen ik als buitenstaander tegen heug en meug werd geconfronteerd met de impasse in de Haaltertse gemeenteraad, vond ik het niet alleen mijn burgerplicht om mee naar een oplossing te zoeken, het was ook een genoeglijk tijdverdrijf om de politieke puzzel trachten te ontwarren.

Geamuseerd keek ik toe hoe het spel van de gemeenteraad werd gespeeld. Algauw werd het mij duidelijk dat het spel niet de allures had van een eenvoudig ganzenbord, hoewel er hereboeren en ganzen voorkwamen. Het had eerder iets weg van monopoly, met gronden die verkocht worden, hypotheken die geplaatst werden voor de toekomst, een bank die geld en leningen uitdeelt. Alleen bleven de pionnen af en toe staan, en passeerden ze alleen langs de start om hun zitpenningen op te strijken. Het was ook geen spel van één tegen allen, hoewel er duidelijk een hoofdspeler aan zet is, maar eentje dat nog moest uitgevonden worden, hoewel sommige regels dan weer zou oud zijn als de straat.

Op zoek naar een passende titel, dacht ik eerst aan ‘Met het hoofd in de wolken’ of ‘Hallucinatie’, maar ik snapte algauw dat het complexer dan dat was. ‘Coalitie’ zou dan een betere naam zijn, maar een tweedimensioneel spelbord bleek ook al te eenvoudig. Het was immers al snel duidelijk dat het spel verschillende niveaus had, en dat je om tot op bepaalde niveaus te geraken, extra troeven moest hebben in de vorm van kennis, voorkennis of informatie. Elke partijkleur had immers zijn eigen agenda, en daar kwam dan nog bij dat bepaalde pionnen, de zogenaamde kopstukken, ook nog eens een eigen agenda hadden, al dan niet gedeeld met andere kopstukken. Bovendien bleek ook dat je tijdens het spel de spelregels kon veranderen, of dat toch proberen.

Het spel wordt dan schijnbaar niet verder gespeeld, maar op een ander niveau eigenlijk toch wel. En om het nog complexer te maken, waren niet alle deelnemers van alle informatie op de hoogte, zelfs niet van de agenda’s van de eigen partij, en zeker niet van die van de kopstukken. Het spel was zo complex dat er al een paar spelers de brui aan gaven, ook al omdat ze beseften dat dit geen spel was dat op ‘eerlijkheid’ gebaseerd was, en dat de beste niet altijd won, wel diegene die het beste kon manipuleren. Titels zoals ‘Manipulator’ of ‘Achter gesloten deuren’ zouden beter passen, hoewel ‘Pat-Stelling’ mij een commercieel betere naam leek, verwijzend naar de verschillende niveaus.

Hoe langer ik er over nadacht, hoe minder zin ik zelf had om ernaar te kijken, laat staan om het te spelen. Het zou beslist niet opgenomen worden in de catalogus van de spellenproducent, maar eerder ontwikkeld worden als online-game, gespeeld door freaks, die er een pervers genoegen aan beleefden om hun medestanders ten gronde te richten, en persoonlijke aanvallen niet uit de weg zouden gaan. Sommigen zouden er maar al te graag een online game van maken, omdat daar rechtstreeks en onrechtstreeks geld mee te verdienen valt, al dan niet via het zogenaamde darknet, alleen bestemd voor duistere freaks en criminelen.

Na de vorige gemeenteraad had ik het dus wel gehad, en blijkbaar ik niet alleen. Individuen en burgers kwamen en komen in beweging om zich te verzetten tegen de non-politiek, met het uitroepen van de onbestuurbaarheid als summum.

Het deed me allemaal wat denken aan de ondergang van het Romeinse Rijk. Regeren werd er een spel van politieke intriges, en iedereen was vooral bezig met het veilig stellen van zijn eigen belangen. Wie het spel toch nog eerlijk wou spelen, liep vast in de oeverloze non-discussies, of gaf er teleurgesteld de brui aan. Anderen werden politiek vermoord, buiten spel gezet of monddood gemaakt.

Een apocalyptische beeld overviel mij, dat van de slagenkuil. Glibberige slangenlijven wriemelen en kronkelen rond elkaar, soms elkaar voedend, soms elkaar wurgend. Eén slang is bijzonder actief, en verandert voortdurend van tactiek in een poging om haar voornaamste tegenstander te fnuiken. Rond de kuil huist een zevenkoppige draak, waarvan de tentakels tot in de slangenkuil komen. Schijnbaar neemt hij geen deel aan het gevecht, maar zorgt voor voedsel en stuurt op mysterieuze wijze de slangen aan.

Het publiek kijkt met verachting toe naar de gapende put, maar is te onwetend en te angstig om massaal te reageren. Ze berusten in het feit dat ze de slangen en de draak niet kunnen doden zonder risico, en als ze dat toch doen, er kort nadien nieuwe en andere slangen en draken hun plaats innemen.

Ze worden ernaar toe getrokken zoals naar de Romeinse spelen en de executies, tuk op de sensatie, en blij dat zij het niet zijn, maar te gelaten, bang en onwetend om te reageren.

Wachten we op nieuwe kritische denkers, die een nieuw systeem installeren, totdat ook zij weer geïnfecteerd worden met het gif van macht en geld, met het gevaar een beeld te worden van zij die ze hebben verguisd. Of geloven we toch nog gezond verstand, in ‘de kracht van verandering’ zoals een partij het met veel bravoure omschreef. Ik begin er sterk aan te twijfelen…. Brood en Spelen, weet u wel?

Nestor