...

Inburgeringscijfers Brussel tonen noodzaak verplichting aan

Logo N-VA met handUit cijfers die Vlaams volksvertegenwoordiger Karl Vanlouwe (N-VA) kreeg van Vlaams minister van Inburgering Liesbeth Homans, blijkt dat het Vlaams inburgeringsbeleid in Brussel een succesverhaal blijft. Maar ook bevestigen ze dat Brussel nood heeft aan een verplicht inburgeringsbeleid. De cijfers wijzen op een stijging van het aantal aanmeldingen, trajecten en attesten. “Toch zijn de cijfers matig in vergelijking met andere steden én halen te weinig startende inburgeraars een attest”, aldus Karl Vanlouwe die de cijfers opvroeg en bestudeerde. “De cijfers maken duidelijk dat een verplicht inburgeringsbeleid meer dan nodig is”, zegt hij.

Recent verscheen de vierde editie van de Lokale Inburgerings- en Integratiemonitor. De cijfers voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werden hierin voor de eerste keer opgenomen. Omdat er in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gewerkt werd met minder indicatoren dan in Vlaanderen, vroeg Vanlouwe bevoegd minister Homans om bijkomende informatie.
Image00008
Het aantal aanmeldingen steeg van 2176 in 2010 tot 3632 in 2014 (+66 procent!); het aantal ondertekende contracten in diezelfde periode van 2013 tot 3150 (+56 procent) en het aantal behaalde attesten van 687 tot 1769, veel meer dan een verdubbeling (+157 procent).

Wanneer de cijfers uit Brussel echter vergeleken worden met de twee andere grootsteden in Vlaanderen, zijn er enorme verschillen. Vanlouwe: “In 2014 meldden 3632 nieuwkomers zich aan in Brussel, waarvan 848 in Brussel-stad. Voor Gent ligt dit aantal op 1374 en voor Antwerpen – met slechts half zo veel inwoners als Brussel – zelfs op 4957.”

Daarnaast behaalt minder dan de helft van de inburgeraars een attest in Brussel en dat is behoorlijk weinig: “In Brussel zijn nieuwkomers niet verplicht om een inburgeringscursus te volgen in tegenstelling tot Vlaanderen waar inburgering al meer dan 10 jaar verplicht is. Dus ook deze cijfers tonen dat een verplicht inburgeringsbeleid meer dan nodig is in Brussel”, aldus Vanlouwe.
Karl Van Lauwe
Heel lang waren er problemen met de detectie van nieuwkomers in Brussel. Nieuwe inburgeraars worden in Brussel niet geselecteerd uit het Rijksregister, terwijl dat in Vlaanderen wel gebeurt. De minister antwoordde parlementslid Karl Vanlouwe dat ze ook in Brussel doelgroependetectie mogelijk zal maken. Door de doelgroepen te kunnen detecteren, kunnen inburgeraars gerichter geïnformeerd worden en is het gemakkelijker om ze naar het inburgeringsaanbod te leiden, aldus de minister.

Vanlouwe besluit: in Brussel staan dus zowel Vlaanderen als de COCOF in voor inburgering. Vlaanderen kan inburgering dus niet verplicht maken, maar moet dat samen doen met de Franstaligen. “Tien jaar na het verplicht maken van inburgering in Vlaanderen, wachten we nog steeds op een initiatief en samenwerking met de Franse Gemeenschap om in Brussel de nodige stappen te kunnen ondernemen. De samenlevingsuitdagingen waar Brussel voor staat zijn te groot om zo laks om te springen met nieuwkomers. Het is vijf ná twaalf”, besluit Vanlouwe.